Definitie dyscalculie

Dyscalculie: een verzamelnaam voor uiteenlopende rekenstoornissen
drs. T. Braams
 
De term ‘dyscalculie’ wordt door velen niet makkelijk in de mond genomen. Terecht. Deze term duidt aan dat het om een disfunctie gaat, een stoornis. Je zult dus eerst moeten vaststellen of een kind een rekenprobleem of een rekenstoornis heeft.

Rekenproblemen horen bij het leren rekenen
Rekenproblemen zijn nog geen rekenstoornissen. Rekenproblemen horen bij het leren rekenen: ze horen bij het ontwikkelende getalbegrip en de ontwikkelende reken- en probleemoplossende vaardigheden. Veel rekenproblemen verdwijnen met het toenemende inzicht van de rekenaar. Andere rekenproblemen zijn na een nauwkeurige probleemanalyse en een adequate didactische begeleiding goed te behandelen (Ruijssenaars, 1992). Volgens de Raad voor de Volksgezondheid is een stoornis: ‘een verlies of afwijking van een anatomische structuur of een fysiologische of psychologische functie, met inachtneming van de leeftijd van de persoon’. Het is een functiestoornis met een neurologische of neuropsychologische basis.

DSM IV, het handboek van psychische stoornissen, beschrijft een rekenstoornis (vrij vertaald) als: ‘rekenvaardigheden die duidelijk beneden het verwachte niveau liggen, met inachtneming van de leeftijd, de intelligentie en het gevolgde onderwijs, leidend tot flinke problemen op school of in het dagelijks leven en zonder dat dit het gevolg is van zintuiglijke tekorten’. Deze definitie geeft een aantal criteria, waaraan het rekenprobleem moet voldoen om het als een rekenstoornis te kwalificeren. Een verklaring voor de stoornis wordt er niet gegeven. Naar mijn mening is het van groot belang om meer inzicht te hebben in de verklarende factoren, de oorzaken, van de rekenstoornis. Weet je meer over de oorzaken, dan kun je gerichter gaan zoeken naar mogelijkheden om een kind te helpen.

Hoewel er geen algemeen geaccepteerde criteria zijn die scherp afgrenzen wat wel en wat geen rekenstoornis mag worden genoemd, is er over de mate waarin het voorkomt wel een redelijke overeenstemming. In internationaal onderzoek worden percentages rond de 6% genoemd. Rekenstoornissen zouden daarmee ongeveer net zo vaak voorkomen als leesstoornissen. Een belangrijk verschil met dyslexie is dat rekenstoornissen zelden alleen lijken voor te komen. Vaak is er ook sprake van bijvoorbeeld een taalstoornis, een geheugenstoornis, een rijpingsstoornis, een aandachtsstoornis of een visueel-ruimtelijke stoornis. Een ander verschil is dat bij dyslexie doorgaans een duidelijke plaats in de hersenen aan te wijzen is (m.n. het planum temporale van de linker hersenhelft). Terwijl dat bij rekenstoornissen nog veel ongewisser is.
Direct aanmelden